Homilie fr. James Mallon
Conferentie Missionaire Parochie d.d. 25 maart 2022
Hoogfeest van Maria Boodschap
Evangelie, Lucas 1, 26-38
Zijn jullie er klaar voor? Kerstmis komt eraan! Het feest van vandaag – Maria Boodschap – is het feest van de vleeswording, de incarnatie van de Heer.
De engelen houden hun adem in: “Wat gaat Maria zeggen? Gaat ze ‘ja’zeggen?” Het hele plan van Gods redding hangt af van het jawoord van een meisje van zestien jaar.
De engelen houden hun adem in. De hele schepping houdt de adem in. Hoe kwetsbaar is Gods redding! De menswording van Christus hangt van haar ‘ja’ af.
We zien dit door de hele redding van de mensheid in. Jezus is de gezondene die ons zendt en de Vader schenkt ons de heilige Geest. Dit betekent dat wij een gezonden kerk zijn, een kerk met een missie.
Jezus is mens geworden om ons te vinden en te zenden. Niet om in onszelf gekeerd te zijn, maar om op pad gestuurd te worden.
En ‘guess what’, de engelen houden nog steeds hun adem in! God wacht ook nu vandaag op ons ‘ja’.
Laten we nogeens kijken naar het verhaal van Lucas. Het is een Bijbelverhaal van een roeping zoals er meer zijn.
Er is angst. Het eerste wat de engel zegt is: ‘Vrees niet Maria’. Dit stuk Evangelie vertelt niet het hele verhaal. In de gedachten van Maria was de gedachte aan het onbekende. Wat zal dit betekenen in haar leven? Als je ongehuwd zwanger was kon je in die tijd vermoord worden of uit je familie gezet, Jozef kon de verloving verbreken enzovoorts. Maria was diep verontrust.
Maar Maria wordt geroepen om te vertrouwen op God.
Als wij overwegen om onszelf te geven en op missie te gaan, dan geeft ons dat ook stress: de angst voor het onbekende.
Wij willen ook weten: “Wat zijn de voorwaarden?” We zijn bang om te verliezen, om te falen om risico’s te nemen.
Een vriend van mij zegt altijd: “In de wereld van de Kerk ben je een risktaker, een caretaker of een undertaker” – vertaling: iemand die risico’s neemt, die zorgt of een begrafenisondernemer. We weten niet of het zal werken wat we gaan doen.
We zijn getraind om voor schapen te zorgen, niet om te vissen. We zijn getraind om te doceren, niet om te evangeliseren.
We zijn bang voor het onbekende.
Voor Maria was er ook de vrees voor verwerping van haar eigen volk. Als wij missionair worden zal niet iedereen daar dolenthousiast over zijn. Sommige parochianen zullen ergens anders gaan kerken en dat doet geen recht aan wat we doen. Zélfs als we vruchtdragen, zullen niet al onze broers en zussen blij met ons zijn. Ook is er het risico dat er onderlinge jaloezie en competitie ontstaat. Tegen de stroom ingaan kan kritiek en veroordeling geven. En dan hebben we zelf nog de angst hebben om niet ‘goed genoeg’ te zijn.
Een paar weken geleden hebben we de in de Eerste Lezing gehoord hoe God tot Mozes sprak in de brandende braamstruik. God vroeg Mozes om zijn volk uit Egypte te leiden. Dan zegt Mozes dat hij dat niet kan en dat de Israëlieten hem niet gaan geloven. Dan geeft God wonderen en Mozes heeft geen reden meer om niet te doen wat God vraagt. En toch zegt hij: “Ik kan het niet, ik ben geen goed spreker.”
Denk aan Gideon. De engel roep hem als strijder maar Gideon zegt: “Ik ben juist de slapste van allemaal!”
Jeremia wordt geroepen en zegt: “Ik ben nog maar een jongen, ik kan niet spreken! Ik ben te zwak, ik ben te….”
God neemt de zwakke en de dwaze. En daarom wacht de hele schepping af op óns antwoord. “Mij geschiede naar Uw woord”. Daarin zit een daad van een perfect offer. God gebruikt ons niet ondanks onze zwakheden, maar met onze gebreken, zwakheden en beperkingen.
Zolang we ons ‘jawoord’ maar geven.
Tenslotte wil ik graag deze video met jullie delen over Maria Boodschap.